E d w i n ' s C y c l i n g l o g

Alles over mijn trainingen en andere leuke dingen over wielrennen !!

donderdag, december 29, 2005

Het nieuwe seizoen

Het nieuwe seizoen zit er aan te komen. De komende dagen zit ik nog vol in de feestdagen en recepties, maar daarna is het afgelopen met het luieren. Als ik nu een hoge trap opklim, sta ik boven te hijgen als een oude vent.
Kilometers maken, rek- en strek oefeningen, hardlopen en in de weekends langere afstanden fietsen op een lage intensiteit. In februari wil ik gaan meedoen aan wat trainingswedstrijden in Exel of Enter en daarna gaan we al richting de AGR.
De clubkampioenschappen in mei zullen wel weer lastig worden, maar daar gooi ik me vol in de strijd. De Run Bike Run in Deurningen moet nu eens een keer wat sneller, want daar zit ik traditioneel in een verkeerde groep. De zomervakantie met de Rodelletjes naar de Drome, alwaar we klimmetjes gaan verkennen. Er schijnt daar 2 keer in de week een groepje te vertrekken van de camping.
Tenslotte de RBR in Borne.. Hoe het me daar vergaat is sterk afhankelijk van hoe ik uit de vakantie kom, want die zit er vlak voor....
Kortom, dit gaat mijn sterkste seizoen sinds tijden worden !!!!!!

maandag, december 26, 2005

Wanhopige zoektocht naar het gareel

Marije Randewijk, verslaggeefster van de Volkskrant, heeft maandagavond in Amsterdam de eerste Hard grasprijs gewonnen. De 32-jarige Randewijk overtuigde de jury met een aangrijpend artikel over de zelfmoord van wielrenner Michel Zanoli.


Uit het juryrapport: ‘Marije Randewijk heeft zoveel greep op haar materiaal gekregen dat ze als schrijver niet meer kan ontsporen, zoals haar hoofdpersoon dat wel kon en onherroepelijk deed.’

De prijs is ingesteld door Hard gras, dat zich afficheert als voetbaltijdschrift voor lezers. Met de onderscheiding, een bedrag van 7500 euro en een kunstwerk van Jeroen Henneman, looft de jury een geschreven sportjournalistieke productie, verschenen in de periode tussen september 2004 en september 2005.

De andere genomineerden waren Taco van den Velde van Voetbal International met stukken over het Nederlands elftal en Robert Vuijsje, die voetbalmakelaar Sigi Lens interviewde.


De winnende reportage van Marije Randewijk over Michel Zanoli


`Hij wilde eruit, over de grens, hij wilde los' 'Wielrennen heeft hem lang in leven gehouden'
Het is de dag na Kerstmis, de laatste zaterdag van 2003, als Michel Zanoli zijn vader bij de voordeur op het hart drukt: `Je moet me bellen maandag, voor twaalven, vergeet het alsjeblieft niet. Voor twaalf uur!'

Twee dagen later pakt John Zanoli voor het middaguur de telefoon. Het was geen raar verzoek geweest, hij zou zijn zoon sowieso hebben gebeld. `Zanne', zoals hij hem liefkozend noemt, moest eraan worden herinnerd dat hij in Den Haag zijn paspoort ging halen.

De jongen had zich in het hoofd gezet dat hij naar Thailand wilde. Dat was zijn beloofde land geworden. Daar zou hij zijn leven weer op kunnen bouwen.

Anderen geloofden daar allang niet meer in. Vierhonderd dromen had hij. Aan elke droom begon hij even enthousiast. Maar als Zanoli eenmaal door had hoe lang de weg was, haakte hij af. Altijd kwam er wel iets tussen. Waarom wist hij zelf ook niet. Hij kreeg er geen grip op.

Zeventien jaar was hij pas toen zijn vader hem naar Schiphol bracht voor een trip met de nationale wielrenselectie van bondscoach André Boskamp. Ze gingen naar Australië. John Zanoli zei tegen zijn zoon dat hij er maar van moest genieten, dat het `machtig mooi' zou worden.

Maar de jongste Zanoli was allesbehalve uitgelaten. `Ik voel me zo ongelukkig pa.'

`Wat is er dan Zanne? Je gaat toch naar Australië, dat wil je toch?'

`Er is helemaal niets pa, maar ik voel me zo ongelukkig.'

Het was voor het eerst dat zijn vader het verdriet in de ogen van zijn zoon ontwaarde. Die blik is nooit meer uit zijn herinnering geweest en zou nog vaak terugkeren.

`Wat een shitleven heb ik', vertrouwt Zanoli in 2003 op tweede kerstdag zijn beste vriend Jos Mooij toe. Hij was er, eenzaam in een leeg appartement in Haarlem, helemaal klaar mee. `Ik zie al die gezinnetjes gezellig bij elkaar zitten. Wat moet ik nou?'

Hij laat Mooij beloven dat ze oudjaarsnacht samen doorbrengen. Zanoli wil die avond niet alleen zitten, het idee alleen al maakt hem nerveus. Als twee `zielige' vaders zouden ze naar Zandvoort rijden. Naar het strand, waar ze als pubers hun tijd doorbrachten als de andere jongens van hun wielervereniging aan het trainen waren. Het moest een herinnering worden aan betere tijden.

Soms wist hij best wel wat hij wilde.

Eerder die week had Zanoli zijn enige andere overgebleven vriend, Pelle Kil, gezegd dat hij jaloers op hem was. `Je hebt een gezinnetje, een prachtig kindje, een leuke vriendin, een mooi autootje, je gaat af en toe naar Amerika: zorg maar dat je er trots op bent.'

Iedereen had alles, hij had niets, zo voelde het. Terwijl de wereld ooit aan zijn voeten had gelegen.

Zanoli kon alles, beweerde men toen. Wat een ander na een jaar trainen lukte, kon hij na twee dagen. Hij had het kasteel kunnen krijgen, dat hij wilde bouwen. Hij had het gezin kunnen hebben, waar hij zo naar hunkerde. Hij had het leven kunnen leiden dat hij zich wenste. Als hij maar had geweten welk leven dat was.

Zijn enige leidraad was dat het niet saai moest zijn. Hij wilde net als iedereen het huisje, boompje, beestje. Maar als hij het had gevonden, was het niet genoeg, ging hij op zoek naar meer en ontglipte alles hem weer.

`Die tweestrijd in zijn hoofd, nooit rust vinden, het moet voor hem een hel zijn geweest', zegt zijn vader.

Zijn verhaal is daarom niet het verdriet van de renner die depressief wordt van de gedachte dat zijn carrière voorbij is. Die tijdens zijn sport zo verslaafd is geraakt, dat hij daarna niet zonder drugs kan. Hij mag niet in één adem worden genoemd met Marco Pantani.

Zijn verhaal heeft met wielrennen eigenlijk weinig te maken, hoewel het zijn reddingsboei was. Zelfs de laatste twee jaar, waarin het leven bijna ondraaglijk was, trok hij er regelmatig op uit met Kil of Meike de Bruijn, de tweede vrouw van zijn vader.

`Wielrennen hield hem op de been', vertelt Mooij. `Het heeft hem lang in leven gehouden.'

In Casablanca werd Zanoli in 1986 wereldkampioen wielrennen bij de junioren. Dat was betrekkelijk eenvoudig. Hij moest gewoon opletten, ervoor zorgen dat die jongens uit Soekoeboekoe hem niet in de weg reden en dan zou hij winnen .

Zijn vader twijfelde. Want moest hij daarvoor niet meer trainen? `Maak je niet druk, zolang ik mijn kop erbij hou, kan ik niet verliezen', zei Zanoli dan. Zo gebeurde het altijd.

Fietsen was niet leuk, fietsen was - omdat hij het goed kon - niet meer dan de kortste weg naar geld, naar een grotere auto, naar mooiere kleren, naar een avontuurlijk leven.

Bovendien waren de wedstrijden kort en snel en was de cultuur die om de sport hing er één van macho's. Dat paste hem. Hij reed in een sportwagen, leerde motorrijden en deed aan bergbeklimmen.

Als het leven geven en nemen is, nam Zanoli vooral. Jans Koerts, Tom Cordes, Teun van Vliet, Gert Jacobs: allemaal boden ze hem onderdak, overal bedankte hij met ruzie.

Pelle Kil haalde hem in 1998 naar Amerika om er voor zijn ploeg (SmarTalk) te gaan rijden. Om hem nog maar weer een nieuwe kans te bieden. Maar zijn loopbaan was al te ver afgegleden om er nog iets van te maken. Kil: `Hij stapte steeds vaker af en dan zag ik hem met een ijsje in de hand langs de kant staan. Het ging gewoon niet meer.'

Met zijn imposante en krachtige postuur had hij klassiekers kunnen winnen. Maar zijn geest kon alleen korte, snelle criteriums aan, die eindigden in een sprint.

Toen hij zich in 1992 in Santa Rosa meldde voor het trainingskamp van Motorola, gooiden ze hem daar een overall toe. Ze dachten dat hij de nieuwe mecanicien was. Zanoli woog over de honderd kilo en zag er verwilderd uit. `Michel had genoeg kwaliteit, maar je kon niet op hem rekenen', vertelt Meike de Bruijn.

Het maakte hem niet populair bij ploegleiders. Nergens heeft hij één seizoen afgemaakt. Zanoli had maling aan iedereen en een bloedhekel aan mensen met autoriteit. `Hij wilde eruit, hij wilde over de grens, hij wilde los', zoekt zijn vader naar de juiste woorden.

Amper vier jaar was hij toen zijn vader door de directie van de kleuterschool werd uitgenodigd voor een gesprek. Een juffrouw van wie hij zelf nog les had gehad, zei tegen John Zanoli: Goh, wat leuk dat ik jouw zoon nu ook in de klas krijg. `Na twee weken kwam ze naar me toe en vroeg: `Is het jouw zoon wel? Hij is wel lief, maar ik krijg hem niet in het gareel'.'

Toen hij zestien werd, kreeg de familie een grote bos bloemen thuisgestuurd van de directeur van de mavo. Want nu Michel niet langer leerplichtig was, hoefde hij niet meer naar school te komen. Of hij alsjeblieft weg wilde blijven?

Misschien, vertelt zijn vader, had hij zijn poot stijf moeten houden en Michel terug moeten sturen. Misschien is hij als vader te trots geweest toen zijn zoon veel wedstrijden won. `Ik heb zo vaak gedacht: wat heb ik verkeerd gedaan? Ik weet het niet.'

De scheiding van zijn ouders, in 1986, heeft zonder twijfel veel invloed op hem gehad. Jaren later zei hij daar zelf over: `Wielrennen was toen een vlucht, ik vond er mijn rust in. Constant op reis zijn voelde als een bescherming. Onbezorgd, aan niets anders denken dan aan fietsen. Zo ben ik wereldkampioen geworden.'

De kinderen konden in eerste instantie bij geen van beide ouders terecht, uiteindelijk nam John Zanoli ze onder zijn hoede. `Michel heeft er een tik van gehad', zegt hij. `Maar ik heb het er vaak met hem over gehad. Het was niet de oorzaak van zijn onrust.'

Hij heeft zich zo vaak afgevraagd waarom hij zelf zo'n grijze muis is, zijn dochter eveneens een rustig leven leidt, maar zijn zoon daar geen genoegen mee kon nemen. Tot antwoorden kwam hij nooit.

Zijn postuur heeft hem niet geholpen, denkt zijn vader. Hij leek met zijn lengte en uiterlijk een woesteling. Mensen waren bang van hem. Maar er waren er ook die hem uitdaagden en Zanoli ging er graag op in. Zo dacht hij zich te bewijzen.

Zijn pech was dat als híj wat deed, het nooit zonder gevolgen was. Als vroeger in de buurt alle jongens een steen in de richting van een ruit wierpen, was hij de enige die raak gooide.

Natuurlijk zoemden de camera's van de Amerikaanse televisie juist op hém in op het moment dat hij in de Tour DuPont een dreun uitdeelde aan publiekslieveling Davis Phinney. Niemand had er een boodschap aan dat juist op die dag in Limburg zijn dochter ter wereld kwam, van wie hij wist dat hij haar nooit zou mogen zien. En dat dat die stoere Zanoli van binnen verscheurde.

`Je moet hem in tweeën splitsen', zegt zijn ex-vriendin. `Hij was die amicale, ontwapenende, zachtmoedige vent, een gezelligheidsdier die dol was op kinderen. En hij was de man die geen grenzen kende, die onrust bracht, agressief was en mensen meesleepte in dingen, waar ze niet in meegesleept wilden worden. Daar valt niet mee te leven.'

Alles leidde uiteindelijk tot een conflict. De relatie met zijn moeder en zus verbrak hij twaalf jaar geleden na een hoog opgelopen ruzie. Zijn vader zag hem na onenigheid over een computer drie jaar niet. Zijn vrienden, Jos Mooij en Pelle Kil, konden hem soms maanden uit het oog verliezen. Maar hij wist dat hij bij die drie altijd terecht kon.

Toch peinsde geen van hen erover hem in huis te nemen. Kil heeft hem eens afgezet bij het Centraal Station van Amsterdam, waar Zanoli als dakloze rondzwierf. Het was uit zelfbescherming, want iedereen die hem de hand reikte wist dat hij ervoor moest waken niet meegesleurd te worden door de wervelwind.

`Soms moest je hem loslaten, anders ging je er zelf aan onderdoor. Hij wist wel dat het niet kon wat hij deed. Hij heeft hier op deze bank zitten janken als een klein kind', vertelt zijn vader. `Na zo'n depressie beloofde hij altijd beterschap en liep hij weer even in het gareel. Dan bedachten we hoe het verder moest en dacht je op maandag: nu heb ik hem zover. Op donderdag was hij je ontglipt.'

De hulpverleners die met hem aan de slag gingen, kletste hij onder tafel. In 2002 kreeg hij, na een zelfmoordpoging, in het Kennemer Gasthuis in Haarlem een net afgestudeerde psychologe toegewezen. Ze is huilend van de eerste afspraak weggelopen.

Hij wilde niet geholpen worden. Hij was niet ziek en dus moesten de mensen niet zeuren. `Michel was verbaal sterk', vertelt Mirjam Baars. `De hele wereld was gek, behalve hij, redeneerde hij.'

Nachtenlang hebben ze samen over het leven gefilosofeerd. `Ik hield dan altijd vol dat een mens van nature goed is. Hij was ervan overtuigd dat mensen slecht zijn. Hoe kon het anders dat er zoveel ellende in de wereld was?'

Zanoli heeft echt wel geprobeerd om een normaal bestaan op te bouwen. Vooral toen zij hem vertelde dat hij voor de tweede keer vader werd, beloofde Zanoli beterschap. Voor zijn zoon wilde hij alles doen. Hij ging werken in een sportwinkel. Later volgde hij een computercursus en vond hij werk bij Heineken en Nissan.

Zanoli was er trots op. Hij ging elke dag naar zijn werk, had een keurig pak aan, hij hoorde bij de maatschappij. `Maar op vrijdagmiddag dacht hij: nu moet ik toch maar gaan leven, want dit is het niet. Hij gaf drie keer zoveel uit als hij verdiende, dus vond hij het eigenlijk een beetje zonde van zijn tijd daar te gaan zitten', vertelt Mooij.

Het was de laatste reddingsboei die hij losliet. Zoveel kansen heeft hij gehad, even zovele heeft hij er vergooid. `Op een gegeven moment had hij geen vaste woonplaats, geen vast telefoonnummer, geen arts, geen verzekering, geen paspoort meer', vertelt Meike de Bruijn. `Hij was niemand geworden in de maatschappij.'

Hij raakte aan de cocaïne, zat in de gevangenis in Almere, werd in elkaar geranseld door uitsmijters, van de weg gereden door een auto en na een handgemeen uit het Amsterdamse opvangcentrum Jelinek gezet.

Dagenlang heeft zijn vader in 2002 nog eens naar hem gezocht. `Hij realiseerde zich wel dat hij zich onmogelijk maakte en dat vond hij vreselijk', zegt zijn vader. `Maar er was geen weg terug.

`We wisten al een tijd dat hij niet meer geholpen kon worden. Hij wilde het ook niet meer. `Begrijp je me dan niet', vroeg hij dan. Nee jongen, dat begrijp ik niet. Ik heb zo vaak gezegd: als je je weer slecht voelt, bel me op, ik kom. Er zijn zoveel mooie dingen om voor te leven. `Dat vind jij, dat het mooie dingen zijn', zei hij dan. Hij wist niet hoe ze te bereiken. Dan hoop je bijna. . ., het moet een keer stoppen.'

Als Michel Zanoli op maandag 29 december 2003 de telefoon opneemt klinken op de achtergrond de luide tonen van Nirvana, zijn lievelingsmuziek. Het verzoek van zijn vader het geluid zachter te zetten, gaat verloren.

`Ik hou van je pa, dat weet je toch? Ik hou van je', schreeuwt Michel door de hoorn.

`Ja, Zanne, dat weet ik, ik hou toch ook van jou. Maar jongen, zet die muziek nou even wat zachter.'

`Ik hou van je, niet vergeten dat ik van je hou hoor.'

`Dat weet ik toch Zanne. Maar vergeet nou niet dat je straks naar Den Haag moet.'

Dan wordt de hoorn op de haak gegooid. Zijn vader probeert nog terug te bellen, maar krijgt geen gehoor meer.

Die middag wordt Michel Zanoli vlakbij station Spaarnwoude gevonden, hij werd 35 jaar.

SPINNING?

Verscheidene wielrenners doen tijdens de winterperiode aan spinning om de conditie op te bouwen. Spinning is indoor fietsen dus niet zo slecht, zou je denken. Maar te vaak gaat spinning gepaard met te intensieve workouts in een te vroeg stadium van de trainingsopbouw met als gevolg dat de renner - die er voor moet zorgen er tijdens de winterperiode aan een gezonde basisconditie wordt gewerkt - te snel en teveel opp interval traint. Spinning kan, maar dan op een aangepaste manier.
Spinning kan een zeer goed alternatief zijn in een periode van het jaar wanneer het weer niet altijd mee wil. Spinning mag niet de reguliere trainingen systematisch vervangen. Tijdens de spinningtrainingen is het van groot belang dat een renner zijn hartslagmeter goed in het oog houdt. Spinning zorgt voor een grote verscheidenheid aan trainingsmogelijkheden en kan de renner het gevoel geven terug gewend te geraken aan uit het zadel komen, kortere explosievere inspanningen te leveren, fietsen aan een grote of kleine versnelling. Dat kan goed zijn wanneer de hartslag te vroeg in de trainingsopbouw niet wordt opgejaagd. Vaak fietsen renners als het ware tegen elkaar op een opjuttende muziekbeat waardoor hartslagwaarden uit het oog worden verloren en de trainingen te intensief worden. Vaak neigen deze trainingen naar interval- en weerstandstrainingen en dat kan voor een renner die nog een lange weg te gaan heeft in de trainingsopbouw - en bovendien nog een volledig wegseizoen voor de boeg heeft - niet de bedoeling zijn.
Spinning heeft wel mogelijkheden om een uitgedokterd schema op te stellen. Maar dat is het geval wanneer je op jezelf aan dat schema kan werken. Spinning in sportscholen is groepsgebonden en juist daar zit het grote probleem. Het is moeilijk om je niet in de groep mee te laten slepen in zo'n oppeppend groepsgebeuren. Achter een spinning programma zit een heel biomechanisch systeem dat je niet terug vindt tijdens een gewone fietstraining op de weg. Het krachtpatroon dat gebruikt wordt tijdens de volledige pedaaltred begint reeds op het dode punt bovenaan. Dit is het punt waarbij je rechter voet start om de pedaal naar beneden te duwen. De krachtontplooiing verandert constant tijdens een omwenteling. Een spinning training brengt absoluut bij tot een betere conditie, maar het is opletten in welke trainingsperiode je deze echt ter harte neemt. In de eerste plaats is de hartslag belangrijk voor een renner. De hartslag bepaalt welke trainingsvorm je uitvoert en wat de toekomstige trainingen zullen brengen.

zaterdag, december 24, 2005

Alcohol: pas op!

Wanneer je alcohol tot je neemt, neem je een hoop calorieën tot je die niet worden aangesproken voor het leveren van energie. Elke renner moet zich er bovendien van bewust zijn dat alcohol een drug is! Toch zijn de hoeveelheden koolhydraten in alcoholische dranken eerder laag, net zoals de hoeveelheden vitaminen en mineralen. Alcohol kan wel interferen met de manier hoe het lichaam de eigen vitaminen en mineralen reguleert!
Alcohol wordt in je lichaam omgezet in vetten. De bijprodukten van alcohol worden in het lichaam omgezet in vetzuren die worden opgeslagen in de lever en afgegeven worden in de bloedbaan. Het is dan ook duidelijk dat alcohol voor een atleet niet de beste keuze is.
Vaak worden de positieve effecten van alcoholgebruik in de verf gezet. Twee glaasjes wijn per dag of twee glazen bruin bier hebben een positieve werking tegen hartziekten. Let wel dat het de kleine hoeveelheden zijn van bepaalde vormen van alcoholische dranken die een positief effect hebben op de goede HDL-cholesterol! Een te grote inname zorgt zelfs voor een vergroot risico op een hartziekte. Teveel alcohol doet je bloeddruk stijgen en zorgt voor een toenmae van bloedvetten zoals triglyceriden die, gecombineerd met een laag HDL-cholesterol-waarde, een verhoogd risico op een hartziekte veroorzaken. Verspreid over een langere periode resulteert alcoholgebruik niet alleen in een stijging van de bloeddruk, maar ook in een verhoogd risico op een hartaanval, bepaalde vormen van kanker en leverschade.
Teveel alcohol te snel na een training of wedstrijd vermindert het herstel. Vermits je veel vocht verliest bij zware inspanningen, dreig je uitgedroogd te geraken vermits alcohol vochtafdrijvend werkt. Bovendien beïnvloedt alcohol de synthese van glycogeen. Het gebruik van alcohol na een training, waarbij spierweefsels beschadigd geraken, kan de bloeding of de zwelling van spierweefsel verergeren en zo een hesrtel beduidend in de weg staan. Alcohol verwijdt immers de bloedvaten! Deze verwondingen worden normaal behandeld met ijs bedoeld om de bloedtoevoer te beperken.
Het overdadig gebruik van alcohol voor een zware training of wedstrijd kan een goede coördinatie in de weg staan, verhoogt het risico op uitdroging en speelt een negatieve rol in de koolhydraathuishouding van het lichaam. De reactietijd vermindert.
Het spreekt voor zich dat een renner in een kalme periode zich wel eens wil uitleven. Het is dan ook aan te raden voldoende tijd te laten tussen de laatste training en een nachtje stappen. Bovendien raden wij af daags na een overmatige consumptie van alcohol te gaan trainen. Hoogstwaarschijnlijk zal je je niet al te slecht voelen in je benen - waarschijnlijk wel in je hoofd - maar verschillende processen in je lichaam wijzigen onder invloed van alcohol waardoor ook je hartslagwaarden niet overeenkomen met de geregistreerde waarden op een moment dat je geen alcohol nam. De kans is groot dat je aan een hartslag gaat fietsen die je laag vindt, maar door het overdadig gebruik van alcohol is je overslagpols op dat moment ook veel lager. Je denkt een extensieve duurtraining afgelegd te hebben, maar in werkelijkheid bestaat de kans dat je een zeer intensieve tocht gemaakt hebt op een moment dat het niet verstandig was. Een dagje extra rust na een nachtje stappen kan dus heus geen kwaas. Meer nog: het is aan te raden!

Rensters aan vooravond spannende wieleravonturen

HENGELO - Juliette Wigbold en Linda ter Beek rijden komend seizoen voor de nieuwe 3T wielerformatie (Taltenten Team Tubanters) van Han Leunk. Respectievelijk negentien en achttien jaar begint het seizoen op 12 maart met de zware Belgische klassieker Omloop Het Volk. ‘Daar kunnen we veel van leren’, zeggen de rensters, die tegenwoordig de naam van HWV De Tubanters op hun licentie hebben staan.

HWV De Tubanters? Dat was toch die roemruchte Hengelose wielervereniging van de mooie ronde van Tuindorp vroeger?
Waar Fedor den Hertog in zijn eentje het hele peloton op twee ronden reed waar de hoogtijdagen van de Twentse wielersport werden gevierd. Dat HWV De Tubanters werd zo dood als een pier gewaand, maar leeft dus kennelijk nog steeds. De club telde tot voor kort nog slechts een handvol leden. Met de komst van de wielerploeg is het ledenaantal verdubbeld. Juliette Wigbold en Linda ter Beek blijven lid van het Oldenzaalse OWC, maar zijn nu ook lid van De Tubanters, de club, waarvan ze van het bestaan wisten, maar meer ook niet. ‘We gaan de clubcompetitie rijden. En dat doen we onder de vlag van De Tubanters’, zegt Wigbold. ‘Wel apart, want ik heb gehoord dat het vroeger ene grote club was, waar veel gebeurde. Meer zegt het me eigenlijk niet’, moet de studente bedrijfseconomie erkennen.

Terwijl de dames komend seizoen onder Hengeloos vaandel rijden, kwamen ze afgelopen jaar uit voor de ploeg Vitron Wilstra Lorini uit Best. Met als ploegleider Han Leunk. De inwoner van Goor was eigenlijk meer manager. Zoals hij dat ook van deze nieuwe ploeg is. Leunk heeft het hele verhaal samen met Geert Jan Bittink van het gelijknamige sponsormarketing bureau in de steigers gezet. De ploeg heeft een landelijke uitstraling met een aantal regionale rensters, waaronder Wigbold en Ter Beek. De meisjes krijgen in de clubcompetitie, zeg maar de eerste divisie van het wielrennen, een mooi programma voorgeschoteld, met als onbetwiste hoogtepunten de klassieker Omloop Het Volk op 12 maart en de Holland Ladies Tour achter in het jaar. ‘Of wij klaar zijn voor zulke wedstrijden? Je leert er in ieder geval heel veel van’, zegt Linda ter Beek, die afgelopen jaar een minder seizoen reed vanwege een stage voor haar studie mode en commercie. Ze debuteert het komende wielerjaar bij de elitevrouwen. ‘We rijden dus geen topcompetitie in Nederland. Maar in de grote wedstrijden die we wel rijden staat de hele top aan het vertrek. Je rijdt tussen de beste rensters die er zijn. De Holland Ladies Tour is zwaar. Er wordt erg hard gereden. Je moet proberen daar het beste uit te halen. Met dat idee begin ik eraan. En die etappe in Goor is natuurlijk heel speciaal.’

Want de derde etappe van de Ronde van Nederland voor vrouwen komende zomer is die met start en finish in Goor. De ploegleider komt uit Goor, de sponsor uit Markelo. ‘Dat moet een geweldige ervaring zijn’, verwacht Ter Beek, die vanaf maart meer tijd voor het wielrennen kan vrijmaken. ‘Haar ploegge- nootje Juliette Wigbold zit nu soms al vier uur achter elkaar op de fiets om maar op tijd klaar de te zijn voor de eerste klassiekers half maart. Met de tweede plaats in het Duitser Herford als beste prestatie het afgelopen seizoen, hoopt Wigbold wederom veel progressie te maken. Dat is de doelstelling voor het komende seizoen. ‘We hebben een mooie ploeg met een fanatieke ploegleider en een mooi programma. De overstap vorig seizoen van de junioren naar de dames elite is me niet tegengevallen. Nee, ik zie nergens tegenop. Ik weet dat het zwaar wordt. In zo’n ronde van Nederland wordt vreselijk hard gereden. We zien wel waar het schip strandt.’

Het bloed kruipt waar het niet gaan kan bij Han Leunk

Het bloed kruipt waar het niet gaan kan bij Han Leunk

GOOR - Han Leunk is terug in het vrouwenpeloton. Nadat de wielerploegleider vorig jaar afstand nam van z’n ploeg Vitron Wilstra Lorini, heeft Leunk een nieuwe, eigen ploeg voor komend seizoen op poten gezet: de formatie 3T/Bittink.nl. Zonder toppers met talenten. Wat zal er door hem heen gaan als zijn dames komende zomer door Goor fietsen tijdens de derde etappe in de Holland Ladies Tour?

De vrouwenformatie rijdt onder de vlag van HWV De Tubanters. Een wielerclub uit Hengelo, die roemruchte jaren heeft gekend, maar nu nauwelijks nog iets voorstelt. Een handvol leden ziet met de komst van de ‘ploeg-Leunk’ het ledenaantal in een keer verdubbelen en staat te jubelen in het clubhuis. ‘We zijn een clubploeg en rijden als zodanig ook de clubcompetitie. Dat kan prachtig mooi onder het vaandel van De Tubanters. Het gaat om een formaliteit dat een ploeg gelieerd is aan een wielervereniging.’
Of dat een club is waar ze alleen nog maar in de kantine zitten te kaarten, maakt niet uit. ‘Het is leuk dat DeTubanters op deze manier weer op de kaart wordt gezet. Want het is toch een club met historie hoor’, zegt Leunk, die net uit het Duitse Kloppenburg is teruggekeerd met een auto vol wielerframes van het merk Focus. ‘Nee, we rijden niet meer op Bianchi, zoals vorig seizoen nog bij Vitron Wilstra.’
Leunk ziet het helemaal zitten in zijn nieuwe avontuur. Hij is de organisator, Fred Beecking de ploegleider. Leunk heeft een ploeg om zich heen verzameld met Linda ter Beek en Juliette Wigbold (Hengelo), Hielke Elfrink (Tubbergen) en Marleen van Elburg (Nijverdal) als regionale rensters. Meisjes, die volgens Leunk nog niet aan het grote werk toe zijn en daarom de clubcompetitie gaan rijden. ‘Maar naast die clubcompetitie gaan we ook een internationaal programma rijden. Te beginnen met Omloop Het Volk’, lacht Leunk.
De brede glimlach is verklaarbaar. Want lang niet elke nieuwe ploeg krijgt toegang tot een koers met een status als die van Het Volk. Maar de wielerman uit Goor krijgt dankzij z’n grenzeloze enthousiasme veel voor elkaar. ‘We hebben de ploeg gewoon ingeschreven. En we hebben natuurlijk wel een paar ervaren rensters binnen de gelederen. Voor de rensters is zo’n grote wedstrijd een harde leerschool. Heel goed in het leerproces en voor de ontwikkeling van deze meiden.’
Nadat vorige week bekend werd dat de gemeente Hof van Twente graag de ronde van Nederland voor vrouwen naar de regio haalt en de derde etappe van de Holland Ladies Tour Goor - Goor heet, mag de ploeg van Leunk niet op het feestje ontbreken. Maar heeft hij kwaliteit genoeg voor zo’n zware etappekoers, waarvan in de laatste editie alle snelheidsrecords werden verbroken. ‘Nee’, klinkt het ronduit. ‘Maar het is nu pas december. En de Holland Ladies Tour wordt in de late zomer verreden. Mijn standpunt luidt, en dat heb ik de ploeg ook voorgehouden toen bekend werd dat we mee mochten doen: dames, het is nu aan jullie.’
Met andere woorden: Leunk zal het niet tolereren als er de komende maanden wordt gelanterfanterd. Er moet keihard worden getraind. ‘We heten voluit het 3T Bittink.nl/De Tubanters. De drie keer een T staat voor Talenten Team Tubanters. Deze club leent z’n naam uit aan ons voor de licentie. Daar moeten we iets tegenover stellen. Net als we dat verplicht zijn aan onze sponsors. Dankzij de inzet van Geert Jan Bittink van Bittink.nl komt de Holland Ladies Tour naar Goor. We zullen niet winnen, maar moeten wel laten zien dat we er alles voor over hebben om onze snuit te laten zien.’

donderdag, december 22, 2005